Hoe verhouden zich de kosten van waterstof met die van de elektriciteit?

Kosten

 Wat zijn de brandstofkosten van waterstof- en elektrisch rijden?

Benzine en diesel

 De brandstofkosten van het rijden op benzine zijn wel bekend. 

Een liter benzine kost ruwweg € 1,60 en daarop rijdt men in de praktijk gemiddeld 12 km. Per kilometer zijn de brandstofkosten dan 13 tot 14 cent.

Elektrisch

 Voor een elektrische auto is het antwoord niet zo eenduidig te geven. Wel kunnen we als uitgangspunt nemen dat een elektrische auto op een kWh (kilowatt uur, de eenheidsaanduiding bij elektriciteit) in de praktijk zo'n vijf tot zes kilometer kan rijden. De recente modellen, zoals de Tesla Model 3 en de Hyundai Kona, zijn zelfs nog iets zuiniger, maar laten we uitgaan van 5 km.

Het wordt wat lastig om "in zijn algemeenheid" een prijs per kilometer te noemen omdat dat afhangt van de prijs per kWh.

Nemen we het standaardtarief in een woonhuis dan zitten we rond de 20 cent per kWh. Dat brengt de stroomprijs op dik 4 cent per kilometer. Maar komt men door het gebruik van de auto in het grootverbruikerstarief dan is de energiebelasting een stuk lager en zakt de km prijs naar 2 tot 3 cent. Laadt men op het bedrijf dat een grote stroomafnemer is dan betaalt het bedrijf bijna geen energiebelasting en kost het rijden zelfs nog minder dan 2 cent per km. Het is duidelijk dat deze prijzen hoger worden wanneer men laadt op het openbare net. De meeste prijzen liggen ergens midden in de 30 cent per kWh. Bij snellaadstations ligt het nog wat hoger, afhankelijk van de aanbieder. Bijvoorbeeld Tesla rekent voor haar Superchargers 25 cent per kWh.

Waterstof

 Met de waterstofauto is het weer een stuk eenvoudiger. Aan de pomp kost een kilo (we rekenen daar in kilo's) op dit moment € 10,00. Daarmee rijdt een waterstofauto in de praktijk 80 tot 100 km. Dus de prijs per kilometer ligt op iets meer dan 12 cent, vergelijkbaar met de kosten van de benzine auto. 

Uiteraard wordt beloofd dat deze prijs snel zal dalen en men heeft daar allerlei onderbouwingen voor maar zover is het nog lang niet. Op deze onderbouwingen gaan we overigens nader in bij de prijs van waterstof.

Accijnzen en belastingen

 Voordat we tot een conclusie komen moeten we nog één aspect noemen. Een heel belangrijk aspect.

In de benzineprijs zit een groot deel accijns. Het vaste bedrag per liter op benzine bedroeg in 2018 78,6 cent, op diesel 49,8 cent en op LPG 19 cent. (Bron ANWB).

Bij elektriciteit wordt de prijs uiteindelijk bepaald door de energiebelasting. Deze ligt op afgerond 12 cent per kWh voor de eerste 10.000 kWh, daarboven op 6 cent. (Bron Gaslicht.com). Zoals we zien is deze belasting, uitgedrukt in procenten van de basis kWh uur, een fors deel van de prijs van elektriciteit. Een kWh stroom kost kaal rond 6 cent (Bron CBS).

De waterstofprijs is (nog) vrijgesteld van accijnzen. Dat betekent dat de overheid niets verdient op waterstof aan de pomp en we kunnen op onze vingers natellen dat dit zal veranderen. Dat maakt op waterstof rijden straks, als de subsidiebron opdroogt, veel duurder.

Tenslotte, dat wordt ook erkend, is de huidige waterstof afkomstig uit aardgas (grijze waterstof) en dus niet schoon. Voor het maken van groene waterstof is veel stroom nodig waardoor de prijs per kg fors gaat stijgen.

Zetten we de kosten onder elkaar, waarbij we de belastingen wegdenken, dan zien we deze kosten per 100 gereden kilometers.

  • Waterstof (grijs): 1 kg/100km a 800 ct = €8,00
  • Benzine: 6 l/100km a 60 ct - €3,60
  • Diesel: 5 l/100km a 60 ct - €3,00
  • Stroom: 20 kWh/100km a 7 ct - €1,40

    

De efficiency komt in dit schema goed naar voren:


 

Waterstofgate
Op naar een parlementaire enquete?